Ik houd zelf van een ouderwetse appeltaart met lekker veel deeg, dus in dit recept maak je daar een flinke hoeveelheid van. Voor een stevige bodem en korst, hmmmm! Van rozijnen in de appeltaart ben ik niet persé fan, daarom verving ik ze door stukjes amandelspijs. Een erg lekkere twist maar als je zelf liever rozijnen in de appeltaart hebt, vervang de stukjes spijs dan vooral door rozijnen!
Appeltaart maken veel werk?

Daar kan ik kort over zijn: ja! Ouderwetse appeltaart is zeker niet de snelste taart om te maken. Je moet het deeg maken, veel appels schillen en klein snijden, en dan nog de repen deeg maken om de appeltaart mee af te dekken.
Als je een snelle taart wilt maken kun je dan ook beter voor een andere taart kiezen, deze stroopwafel boterkoek bijvoorbeeld. Maar is het de moeite waard? Absoluut! De appeltaart is niet voor niets al jaren één van de meest populaire taarten van Nederland! Het is gewoon een heerlijk taartje. Een lekker royale laag knapperig deeg, met die onweerstaanbare vulling van appels met kaneel. Echt zalig.
Welke appels voor appeltaart?
De lekkerste appels in appeltaart zijn friszure appels. Goudrenetten worden veel gebruikt, deze worden wel zacht in de oven. Als je houdt van wat stevigere stukjes appel, gebruik dan Elstar appels. Jonagolds zijn ook erg lekker in appeltaart.
Appeltaartdeeg laten rusten
Van deeg laten rusten krijg je een lekker knapperig deeg. Bovendien is warm deeg lastig uit te rollen (te koud deeg ook, overigens, dus laat het niet al te koud worden. Of zorg dat je het deeg een tijdje voor het uitrollen uit de koelkast haalt).
Variaties op de ouderwetse appeltaart
Zin in de smaken van appeltaart, maar niet in een echte, ouderwetse appeltaart? Probeer dan eens deze appel cheesecake, of deze meringue appeltaart. Weer eens wat anders!

Ouderwetse appeltaart
Ingrediënten
- 400 gr zelfrijzend bakmeel
- 200 gr boter
- 180 gr witte basterdsuiker + 2 el extra
- 1 ei, geklutst
- 1 snufje zout
- 1,5 kg appels (friszure, bv Goudrenetten of Elstar, Jonagold kan ook)
- 1/2 citroen (alleen het sap)
- 100 gr amandelspijs
- 2 el custardpoeder
- 2,5 tl kaneel
Zo maak je het
- Begin met het maken van het deeg. Meng hiervoor het zelfrijzend bakmeel met het zout en de suiker. Snijd de boter in kleine blokjes en kneed deze samen met de helft van het ei door het deeg. Laat het deeg een half uur tot een uur rusten in de koelkast.
- Bekleed een springvorm van 24 centimeter met bakpapier en vet de randen goed in met boter. Rol nu 2/3 van het deeg uit om de bodem en de rand van de springvorm te bekleden. Zorg dat de rand tot bijna boven bekleed is. Het resterende deeg bewaar je nog even, zet de taart tot gebruik in de koelkast.
- Schil de appels, verwijder de klokhuizen en snijd de appels in kleine blokjes. Doe ze in een ruime kom en schep ze om met het citroensap. Breng het appelmengsel op smaak met 2 el suiker, de kaneel en het custardpoeder. Snijd het amandelspijs in kleine stukjes en meng deze ook door de appels. Vul de taartvorm met het appelmengsel.
- Rol nu het laatste deeg van het deeg uit en snijd er repen van om de appeltaart met te bekleden. Gebruik het overgebleven halve ei om de repen deeg mee te besmeren. Verwarm ondertussen de oven voor op 170 graden.
- Bak de appeltaart in 45-60 minuten gaar en goudbruin. Wordt de bovenkant te bruin terwijl de taart nog niet gaar is? Dek de taart dan af met aluminiumfolie en bak hem verder. Laat de taart afkoelen voor je hem uit de vorm haalt.
Voedingswaarden

Nog geen reacties